Waarom huilt een baby? Waarom voelt een dier gevaar nog vóórdat het zichtbaar is? En waarom reageren mensen in noodsituaties vaak razendsnel—zonder na te denken? Het antwoord ligt in iets dat veel dieper ligt dan gedachten: instinct.
Instinct is een aangeboren gedrags- of gevoelsmatige reactie op specifieke prikkels. Het zit in ons ‘oudste brein’ en vormt de basis voor veel van wat we voelen, doen en laten. Al lang vóór we bewust denken of keuzes maken, reageren we instinctief. Maar hoe werkt dat precies?
Wetenschappers als Jaak Panksepp, Mark Solms en evolutionaire biologen geven een fascinerende inkijk in de oorsprong en functie van instinct. Hun werk verbindt het emotionele brein, biologische overlevingsmechanismen en psychologische ontwikkeling tot één helder geheel. Én voor mij als therapeut is het een van de belangrijkste onderwerpen om mensen te leren begrijpen.
Wat is instinct volgens de affectieve neurowetenschap?
De Amerikaanse neurowetenschapper Jaak Panksepp stelde dat emoties niet alleen psychologisch zijn, maar ook biologisch. Hij ontdekte zogenaamde primaire affectieve systemen in het brein van zoogdieren, waaronder mensen. Deze systemen activeren instinctief gedrag als gevolg van emoties zoals angst, woede, zorg of spel.
Panksepp onderscheidde zeven basale emotionele systemen:
- SEEKING (verlangen, nieuwsgierigheid)
- FEAR (angst)
- RAGE (woede)
- PANIC/GRIEF (sociale pijn, verlies)
- CARE (zorg)
- PLAY (spel)
- LUST (seksuele aandrang)
Deze systemen bevinden zich diep in de hersenstam en zijn bij alle zoogdieren grotendeels gelijk. Ze vormen onze emotionele instincten—de automatische, snelle reacties die we voelen vóórdat we er woorden aan kunnen geven.
Wat zegt Mark Solms over instinct?
De neuropsychoanalyticus Mark Solms combineert neurowetenschap met Freudiaanse psychoanalyse. Hij ziet instinct niet als iets puur dierlijks, maar als de basisenergie van de psyche. Volgens Solms zijn instincten lichamelijke signalen (drives) die binnenkomen in het bewustzijn als affect—gevoel.
Met andere woorden: affect is hoe het lichaam communiceert met de geest.
Wanneer een behoefte niet vervuld wordt (bijvoorbeeld honger, verbondenheid of veiligheid), ontstaat er spanning. Deze spanning is voelbaar als affect en vraagt om actie. Het ego, het bewuste ‘ik’, moet dan een oplossing vinden. Lukt dat niet, dan kan er frustratie, neurotisch gedrag of zelfs een psychologisch complex ontstaan.
Lees ook: Wat is een complex?
Hoe ziet de evolutionaire biologie instinct?
In de evolutionaire biologie wordt instinct gezien als een overlevingsstrategie. Gedrag dat de overleving van het individu of de soort vergroot, is door de tijd heen bewaard gebleven in ons DNA. Denk aan:
- voorkomen gevaar
- zorgen voor nageslacht
- territorium beschermen
- Het verkrijgen van middelen
Instinctief gedrag is dus aangeboren en universeel. Hoewel cultuur en opvoeding invloed hebben op hoe we met instincten omgaan, blijven de basale impulsen aanwezig. Ze vormen de natuur waarop de cultuur zich afstemt.
Is instinct hetzelfde als emotie?
Nee, maar ze zijn wel nauw verbonden.
Instinct is het innerlijke motorprogramma: het ‘wat te doen’. Emotie is de subjectieve ervaring daarvan: het ‘hoe het voelt’. Ze komen vaak tegelijk op, omdat ze samenwerken. Als je bijvoorbeeld instinctief wegduikt voor een slang, voel je tegelijkertijd angst. Die angst is de emotionele vertaling van je instinctieve impuls tot zelfbescherming.
Wat als het fout gaat met instinct?
Instincten zijn bedoeld om ons te beschermen en richting te geven, maar soms raken ze verstoord of worden ze verkeerd geïnterpreteerd. Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer iemand op jonge leeftijd leert dat bepaalde gevoelens ‘niet mogen’, zoals woede of angst. Het instinct blijft dan wel actief, maar wordt onderdrukt of vervormd door een complex.
In zulke gevallen kan instinct leiden tot:
- Chronische stress of angstgevoelens zonder duidelijke aanleiding
- Impulsief gedrag dat destructief of ongepast is
- Lichamelijke klachten zoals hartkloppingen of buikpijn zonder medische oorzaak
- Belemmerende overtuigingen zoals “ik mag geen grenzen stellen” of “ik moet altijd sterk zijn”
Ook trauma speelt hierbij een grote rol. Wanneer een instinctieve reactie (zoals vluchten of vechten) tijdens een ingrijpende gebeurtenis niet uitgevoerd kan worden, blijft die impuls ‘vastzitten’ in het lichaam. Dit kan leiden tot herbelevingen, dissociatie of emotionele blokkades.
Het probleem zit dus niet in het instinct zelf, maar in het niet kunnen uitleven of verwerken ervan.
Waarom is instinct belangrijk in therapie?
Therapie richt zich vaak op gedachten, overtuigingen en gedrag, maar het instinctieve niveau is minstens zo belangrijk. Instincten zijn namelijk het eerste alarmsysteem van het lichaam. Ze geven directe informatie over wat goed of niet goed voelt—nog vóór je erover nadenkt.
Therapeuten die werken met het lichaam, emoties en onbewuste processen (zoals in lichaamsgerichte therapie, somatic experiencing of neuropsychoanalyse) zien instinct als een ingang naar genezen.
In therapie kan instinct:
- Toegang geven tot verdrongen gevoelens
- Inzicht geven in automatische reacties (zoals vermijding of agressie)
- Helpen bij het loslaten van opgeslagen spanning
- Herstellen van basisveiligheid en vertrouwen in jezelf
Zoals Mark Solms stelt: “Affect is the engine of the mind.” Door instincten serieus te nemen en ermee te leren werken, kan therapie dieper gaan dan alleen praten. Het helpt mensen weer in contact te komen met hun lichaam, hun behoeften en hun natuurlijke kracht.
Conclusie: instinct als kompas van lichaam en geest
Instinct is geen primitieve overblijfsel uit onze evolutionaire geschiedenis, maar een slim afgesteld systeem dat ons helpt te overleven en onszelf te begrijpen. Dankzij de inzichten uit de affectieve neurowetenschap, psychoanalyse en evolutiebiologie weten we dat instinct niet alleen ‘dierlijk’ is, maar juist fundamenteel menselijk.
Wie zijn instinct leert verstaan, heeft toegang tot het meest basale én het meest eerlijke deel van zichzelf.